Mijn buik spreekt voor mijn hoofd klaar is

Vanochtend wandelde ik de tuin in. Op zoek naar een verklaring tussen hoog gras, struiken en aangewaaide boomscheuten. Voet na voet daalde een eenvoudig besef over me neer. Met de dauw tussen m’n tenen ontweek ik nog net de opschietende prikkende braamstronkjes en kwam ik bij een fruitboom terecht. Verscholen tussen enkele appelbomen draagt hij een vrucht die mij onbekend is. Ik heb er al vaak naar staan kijken met mijn man, maar hoveniershelden zijn we niet. Ik staarde naar die vrucht. En voor de komende vier minuten ging ik nergens heen.

Soms voel je alles aan

Van mijn sprieten tot m’n kleine teen voel ik weerstand tegenover een partnerorganisatie. Talloze keren borrelt dat gevoel op in gesprekken, mailconversaties, redeneringen en vooruitzichten. Er is iets mis. En na talloze denkoefeningen blijft het moeilijk om te preciseren wat dat precies is. Maar met die vreemde vrucht voor me wist ik dat enkel tijd kan leren of iets smaakt of niet en dat het soms gewoon te vroeg is om te gaan proeven.

Soms voel je de zaken zo hard aan dat dit de zoektocht naar een rationele verklaring precies bemoeilijkt. Maar wanneer je stopt met zoeken, wordt het vaak duidelijk(er). Even voordien had ik mezelf nog gedwongen om neer te pennen wat me niet zinde. Ik ging al schrijvend op zoek naar concrete redenen voor mijn weerstand: start to write. Geen zinsconstructies in overweging nemen. Geen publicatiedrift. Gewoon schrijven wat in me opkomt zonder dat het juist moet zijn of precies of goed verwoord of … en er kwam zoiets uit:

Ik heb andere verwachtingen van mijn leveranciers, maar kan niet pinpointen wat ik in deze kwestie precies verwacht. Vervelend dat ik dat niet weet. Ik heb een allergie aan mensen die niet ‘Walk the Talk’ doen. Ik kan niet tegen ongebruikt potentieel. Ik begrijp niet dat een leverancier niet net op de eerste rij wil zitten maar zich wegsteekt achter een andere partij. Ik voel de onenigheid tussen die twee partijen en ervaar dit als an accident waiting to happen waar ik geen enkele controle over heb. Ik vind het geen fijn idee dat ik meteen een andere leverancier zou nemen als ik een alternatief had, omdat dit de duurzame samenwerkingsgedachte die ik zo belangrijk vind niet onderschrijft. Ik kan niet tegen partnerschappen waarin partners slecht spreken over elkaar waar de andere partij niet aanwezig is. Ik hou niet van interne keuken als daar geen eensgezindheid uit voortkomt. Ik hou er niet van om te zien dat het rommelt als ik met die rommel in se niets te maken heb, tenzij mijn mening gevraagd wordt of mijn expertise om de zaken op te ruimen of te structureren. (…)”

Ik schreef en schreef en zag mezelf woorden vormen die me wel wat dichter bij de essentie van het probleem brengen. Veel verklaringen voor waarom mij voelsprieten overuren draaien, maar nog niet teveel concrete aanwijzingen.

Ik kan het dus niet verhelpen

Ik stel mezelf regelmatig de vraag of ik beslissingen mag baseren op een gevoel. Of op een redenering die niet sluitend is. Hoewel ik er vertrouwen in heb dat de tijd me zal leren waarop mijn gevoel gebaseerd is, is mijn gevoel gewoon sneller klaar. Ik heb goeie voelsprieten en een brein dat trager werkt – in mijn fantasie speelt zich meteen een tekenfilm af en ik ben een soort rups… . Dit is mijn buik die spreekt voor mijn hoofd klaar is.

Maar waar ik het moeilijk mee heb, is dat ik het dus ook niet kan verhelpen. Als mijn hoofd geen concrete parameters voor ‘samenwerken zoals ik het wil’ aangeeft (een lijstje, af te vinken, diverse items, … heerlijk!), dan lijkt het alsof ik geen voet heb om op te staan. Dan kan je partner nog zo zijn best doen, maar dan kom je terecht in een hit-and-miss: volgens eigen inzichten probeert hij bij te sturen zonder te weten waarheen. En dan hoor ik mezelf: “Oh jee, controle niet mogelijk, niet te sturen, verloren energie, inefficiëntie, en-zo-voort“. Of die partner parkeert zich weerom aan de zijlijn en dwingt eerst die duidelijkheid af. Conclusie: vooruitgang nihil, niks naar elkaar toegroeien en geen rooskleurige toekomst waarin we elkaars inspanningen kunnen versterken.

I hate it

Ho maar, eerst dit: I love it, dat mijn buik me zo helpt. Maar ik moet me dus een heleboel tijd kopen voor meer gesprekken met die partners en meer onderzoekstijd voor dat heerlijke afvinklijstje met parameters voor een samenwerking à la Lootje. Ik heb het hier over kostbare tijd waarin mijn project minder stabiel ontwikkelt. Kostbare tijd die ik verlies omdat ik alternatieven moet klaarhebben voor als het op een dag toch onhoudbaar wordt. Kostbare tijd waardoor ik onrechtstreeks geld verlies omdat ik tijdens dat gesukkel geen inkomen genereer voor mijzelf en mijn team. And I hate it dat ik niet gewoon mijn ding kan doen. Ik ben een plantrekker en ik zet alles op alles om mijn doel te behalen. Mijn heerlijk (voor velen zweverige) doel van een open samenleving waarin mensen die elkaar niet kennen toch de tools hebben om “Goe’ndaag” te zeggen tegen elkaar.

En dat alles begint bij een onherkenbare vrucht, aan een verscholen fruitboom in de tuin, waar ook niet aan te trekken of duwen valt opdat die sneller zou groeien. Tik tak tik tak…

Benieuwd naar mijn projecten?

Allez, Chantez!
Wij laten mensen zingen (Ja, ook jouw mensen).
www.allezchantez.be

Mijn man en ik maken persoonlijke vertellingen voor jouw huwelijk, verjaardag, afscheid, … . Ontdek hoe we dat doen.

Ik kom je team versterken met expertise over community building en sociaal ondernemen. Echt? Ja hoor.Kijk maar!